Veel voetballers komen in hun carrière een professionele zorgverlener tegen, zoals een fysiotherapeut, een huisarts of medisch specialist. Voorafgaand aan een therapie volgen zij allemaal eenzelfde professionele methode om tot de beste behandeling te komen. Deze wordt beschreven als behandelplan in een patiëntendossier. Het is in de wet vastgelegd dat een patiënt alle informatie uit dat dossier van de behandelaar mag horen. 

De eerste stap van de methode wordt “Anamnese” genoemd, misschien wel de belangrijkste basis voor de zorg. Hierin worden vragen gesteld die te maken hebben met (bijvoorbeeld) de blessure, zoals het ontstaan, de duur ervan, het verloop en de klachten. Soms wordt er gebruik gemaakt van de standaard vragenlijst.

De tweede stap is “Onderzoek”. Er worden testen gedaan en deze worden afhankelijk van de aard van de behandelaar gevolgd door specifieker onderzoek, zoals bloedtest, röntgenonderzoek of echografie. Op basis van het voorgaande wordt de “Diagnose” gesteld: de conclusie na de vorige stappen. Hierin wordt zo mogelijk de aard, de locatie en de oorzaak van de blessure vastgesteld, wat weer de basis is van de behandeling of therapie. Stap 4 is “Therapie” of “Interventie”. Hierin legt de behandelaar vast welke behandeling wordt gegeven, hoe vaak deze gaat plaatsvinden en hoe lang deze gaat duren. Daarbij wordt ook een “Prognose” gesteld: wat is verwachting ten aanzien van gedeeltelijk of volledig herstel, wanneer kunnen normale dagelijkse activiteiten en sporten weer hervat worden.

Het is wetenschappelijk bewezen, dat het herstel van blessures samenhangt met correcte informatie en de mate waarin de patiënt betrokken is bij zijn/haar behandeling. Laat je dus goed informeren over het volledige behandelplan. Hou je behandelaar scherp! En, ook niet onbelangrijk, mocht je zelf voor de kosten opdraaien, vraag dan de behandelaar bij het eerste contact naar de tarieven en de verwachte totale kosten van de therapie.

Jan Krul, Sportmedisch adviseur van GOMOS.

img_8079.jpg